|
|
Voet en weg: gaan. Vlees en varken: mest- of offer varken. |
De meester zegt: De I
Ching is eigenlijk een ontkennen van het mens zijn. Als je wezenlijk
bent, dan voldoe je nergens meer aan de regels van het mens zijn want het
wezenlijke dat kan zich niet voortplanten en valt daardoor al totaal buiten het
meest essentiele van het mens zijn want wezenlijk zijn is een zijn en een zijn
kan zich niet voortplanten.
Alleen het niet-zijn plant zich voort in stuwing om ooit het zijn te
bereiken. Dat is dan ook de prikkel van het menselijk bestaan. Het zijn heeft
eigenlijk geen bestaan. Want het zijn is hetzelfde als de stenen en de bomen en
die hebben geen bestaan. Ze reageren alleen op de cosmos. En het mens zijn, dat
heeft eigen regels gemaakt die niet meer hetzelfde zijn als de regels van het
universum. Daar waar ze afwijken van de regels, dat noemt men mens.
Mens is een afwijking van het wezenlijke bestaan. Heeft daardoor ook in
het universele denken totaal geen zin van bestaan. Waardoor wijzen en heiligen,
alles, zich ook terugtrekken vanuit het menselijk bestaan en in grotten en in
hokken gaan leven. Wat een mens heel interessant vindt en in zijn vakantie naar
gaat kijken en zegt "prachtig, maar mij niet gezien”, maar er wel zijn
verdere leven over praat.
Het zijn is ook God. En het niet-zijn is geloven.
En het zijn mediteert in eenheid met God.
En het niet-zijn mediteert zijn mens-zijn naar God toe.
En dat is een heel groot verschil.
Anton Heyboer
1998