boom omsloten  

HEXAGRAM 47

De meester zegt: Afgesloten, dat betekent dat de natuur niet bij God behoort. De werkelijke levensimpulsen komen uit de cosmos en dus uit het hele systeem van God en yin en yang en de natuur die ontvangt ze net als de mens ze ontvangt. Nu zijn er in de natuur ook wel groeisels of wat dan ook die ook een zekere ... Zen.. dingen hebben maar die gelden van natuur tot natuur dus onderling. Zoals dat het een kan het ander genezen maar de werkelijke genezing als je dus als mens daartoe open kan staan dan komt de werkelijke genezing uit het Goddelijke. Uit Goddelijke is eigenlijk het rationele, dus het afglijden van geboorte naar dood, omzetten of psychisch veranderen in het irrationele waar geen afglijding is maar waar eeuwigheid heerst.

   Het oproepen van eeuwigheid dat is het bidden en dat zijn de mantra's die zijn allemaal om de natuurlijke geest te veranderen in de Goddellijke geest. Het Christendom heeft het natuurlijke gewoon uit de psyche weggevaagd door de onbevlekte ontvangenis. Dat is dus een ontkenning van de natuur in de psyche en in het denken. En dat is ook de bevrijding van uit de materie - of vanuit de natuur.

  Afgesloten. Er is iets veel grootsers in het leven dan de natuur. Dat grootsere dat we dus Goddellijk kunnen noemen daar begint eigenlijk pas het gevoel van deel te zijn van het eeuwige. En dat vormt de totale individualiteit en dat vormt ook het los zijn van de medemensen.

  Want het leven als mens dus als natuur heeft als dieptepunt of essentie de ziel. De vibraties van de ziel trekken ook de ene mens naar de andere mens in verliefdheid en daarna als samengaan.

  Het leven in het Goddellijke heeft als vibratie of diepte het wezen. Het wezen kan zich wel herkennen in een ander wezen en dan in een verder samengaan maar dat is een eeuwige verbintenis. De menselijke verbintenissen worden ook steeds verbroken door het wezenlijke wat in ieder mens aanwezig is maar in haast alle gevallen onderbewust en dat de mens ook eigenlijk stuurt.

  De mens als natuur heeft geen macht over zichzelf. De mens bestaat in dankbaarheid dat het wezen tot zijn bewustzijn is doorgedrongen. Dit kan zover gaan dat de regels van het universum het leven bepalen. Zoals ze dat ook doen in de natuur. Als de mens volgens de natuur is opgegroeid dus niet volgens menselijke programmatie maar zuiver in de ontvankelijkheid van de natuur dan staat zijn geest open tot het verwoorden van het irrationele.. van het Goddellijke.. van de regels van het universum. Eén zo’n verwoording is de I Ching. In wiens brein de zin "het meer is boven de berg” niet oproept "dat kan niet" verkeert in de Goddellijke wereld en is los van de natuur.

  Uit geloof komt dankbaarheid en zonder dankbaarheid is er geen leven.

  Het wezen kan de ziel laten trillen zodat je niet meer afhankelijk bent van de menselijke verliefdheid en dit als een grote verlossing ervaart. Want het wezen blijft altijd aanwezig en de geliefde kan er weer vandoor gaan. En dat is nu de eeuwigheid. De eeuwigheid van het Goddellijke en de sterfelijkheid van het menselijke..of de vergankelijkheid. En dat heet dan leven en dat Goddellijke is alleen ervaren of je steeds laten bevrijden door de doorstroming.

  Als het wezen niet rijp genoeg is of te gedegenereerd is om het Goddelijke te ontvangen (of de regels van het universum) dan blijft het wezen de ziel in vibratie houden en dan ontstaat een cirkel waarin het eigen anima verliefd raakt door het eigen animus en dan breekt de geest zo'n leven af in krankzinnigheid en dan bestaat er het wonder dat de hele degeneratie van het wezen door ongebruiktheid wegvalt en dan krijg je bekeringen of openbaringen.. dat zijn de grote.. en het leven begint toch weer in een regeneratieproces wat een leven lang door duurt en dat zijn de meesters.

  Zij denken tegen de stroom in. Zij zijn de zalmen die de waterval op kunnen springen.

  Anton Heyboer, 1998-99

© LiSe Heyboer 1999-2008        HOME